Ons gemeentelijke geld
Als ik denk aan 'de portefeuille financiën', dan duizelt het me soms. Het gaat bij een gemeente als Elburg om heel veel geld, om heel veel te stellen vragen en te nemen besluiten. Tegelijkertijd: als je inzoomt is het vaak gewoon een kwestie van optellen en aftrekken. En daarna de vele, heel verschillende zaken op een goede, consequente en juiste manier in de boeken zetten. Daar is bij de gemeente een heel team elke dag mee aan het werk. Vanaf deze plek wil ik hen heel hartelijk bedanken voor hun inzet!
Gelukkig hebben we in onze gemeente altijd hele goede rentmeesters gehad. We staan er goed voor! Ik kan me niet herinneren, dat we ooit echte problemen hebben gehad.
Wel herinner ik me flinke bezuinigingsrondes. Over het afgelopen jaar waren er - tot op het laatst - juist meevallers in te boeken. Daardoor konden we het jaar 2022 opnieuw positief afsluiten.
Trouwens, dat is niet altijd leuk. Als je geld overhoudt omdat wij onze vacatures niet kunnen invullen, dan gaat dat al snel ten koste van de dienstverlening aan onze inwoners. En dat merk ik als wethouder ruimtelijke ordening, volkshuisvesting en vergunningverlening helaas ook!
Maar dan. Opnieuw moeten we voor de begroting van 2024 en verder rekening houden met flinke tegenvallers. U kent ze zelf ook: de inflatiecijfers. Daarnaast verwachten we op termijn minder geld van het Rijk. Onze kosten stijgen en onze inkomsten dalen en we zouden dit moeten doorberekenen aan onze inwoners. En voor een deel doen we dat ook. Maar voor een deel ook niet. De echte financiële specialisten leggen daar onmiddellijk de vinger bij. Want dat gaat zomaar niet: op lange termijn ontstaat er een gat, dat moeilijk valt te dichten. Het is in jargon 'niet toekomstbestendig' en zelfs risicovol.
Balans
Uiteindelijk gaat het om het vinden en bewaren van een goede balans. Een optimaal evenwicht tussen wat we met elkaar willen en wat het bereik van onze financiële polsstok is. Voor nu kunnen we het verschil nog wel overbruggen. Voor later kan het ook betekenen, dat we dingen niet meer, minder, of anders moeten doen. En soms dat we zaken die echt noodzakelijk zijn, ook daadwerkelijk ten laste van onze inwoners moeten brengen. Omdat we het ook ten bate van diezelfde inwoners moeten of willen doen.
In elk geval zullen we met elkaar de ontwikkelingen nauwgezet blijven volgen. We doen ons uiterste best om op het juiste moment de juiste besluiten te nemen. Dan hoeven we niemand te overrompelen met al te grote tegenvallers.
Lyda Sneevliet-Radstaak, wethouder